14/03/23
Op 9 februari 2023 heeft het Hof van Justitie arrest gewezen in de zaak Euler Hermes (C-482/21). Het Hof oordeelt dat een verzekeringsmaatschappij die een uitkering betaalt aan verzekerden voor onbetaalde schuldvorderingen, waaronder btw, deze btw niet terug kan vragen via een btw-teruggaaf verzoek (artikel 90 lid 1 van de Btw-richtlijn). Het Hof geeft daarbij aan dat een verzekeraar niet kan worden aangemerkt als de belastingplichtige die recht heeft op een verlaging van de maatstaf van heffing van btw, voor het deel van de schuldvorderingen waarvoor een vergoeding is uitgekeerd en overgedragen.
Euler Hermes is een Hongaarse verzekeringsmaatschappij die zich in het kader van haar activiteiten ertoe verbindt verzekerden een vergoeding uit te keren indien hun afnemers nalaten bepaalde vorderingen te betalen. De uitkering bedraagt in beginsel 90 % van de niet voldane vordering inclusief btw (d.w.z. de btw die in rekening is gebracht op de facturen uitgereikt door de verzekerden aan hun afnemers).
Krachtens de verzekeringsovereenkomst gaan alle aan de verzekerde toekomende rechten over op de verzekeringsmaatschappij en wordt die maatschappij civielrechtelijk gezien de rechtsopvolger van de afnemers van de verzekerde. Euler Hermes draagt dus daadwerkelijk de last van de btw die de verzekerden zonder succes aan hun klanten hebben doorberekend. In die context heeft Euler Hermes de Hongaarse belastingdienst verzocht om teruggaaf van btw over de definitief oninbaar geworden vorderingen. De Hongaarse belastingdienst wijst het teruggaafverzoek echter af om de reden dat niet Euler Hermes, maar haar verzekerden de onderliggende prestaties hebben verricht waarop de schuldvorderingen betrekking hebben.
Het HvJ oordeelt dat Hongarije niet in strijd handelt met de Europese BTW wetgeving door het weigeren van het teruggaafverzoek, ondanks dat (een deel van) de schuldvorderingen en alle daaraan gerelateerde rechten zijn overgedragen aan Euler Hermes. Volgens het Hof kan een verzekeraar niet worden aangemerkt als de belastingplichtige die recht heeft op een verlaging van de maatstaf van heffing van btw, voor het deel van de schuldvorderingen waarvoor een vergoeding is uitgekeerd en die zijn overgedragen. Verder oordeelt het Hof dat het deel van de schuldvordering waarvoor Euler Hermes haar verzekerden compenseerde, door de verzekerden is ontvangen als een vergoeding voor de betreffende belaste prestaties. Als zodanig kan de vordering niet als “niet-betaald” worden aangemerkt in de zin van artikel 90, lid 1, van de Btw-richtlijn.
Een ondernemer kan btw terugvorderen door het verlagen van de maatschap van heffing in geval van annulering, verbreking, ontbinding of gehele of gedeeltelijke niet-betaling of in het geval van prijsvermindering nadat de goederenlevering of dienst is verricht. Er ontstaat dan een recht op teruggaaf van de door de ondernemer in een eerder stadium voldane belasting. In Nederland is het zo dat een ondernemer die een vordering en de daarbij behorende rechten overneemt, ook het recht krijgt om de btw terug te vragen met betrekking tot die vordering mocht deze onbetaald blijven (artikel 29, lid 6, Wet OB 1968).
Het oordeel van het HvJ in de zaak Euler Hermes roept de vraag op of artikel 29, lid 6, van de Wet OB 1968 nog in overeenstemming is met de Europese btw-richtlijn. Voorlopig kunnen ondernemers in Nederland deze regeling toch blijven toepassen. Dat kan veranderen op het moment dat de Nederlandse wetgeving op dit specifieke punt wordt aangepast. Naar aanleiding van deze zaak kan de btw-behandeling van prestaties zoals in de onderhavige zaak wel zijn veranderd in andere lidstaten. Wij adviseren verzekeraars of bedrijven met soortgelijke activiteiten dan ook om hun btw-positie op dit punt opnieuw te bekijken.
HvJ EU oordeelt dat de verkoop van een pand door een projectontwikkelaar als overdracht van een btw-onderneming kan worden gezien.
Het Hof van Justitie oordeelt dat bij een vereenvoudigde ABC-transactie de factuur van partij B aan partij C een verwijzing naar verlegde btw moet bevatten.
Hoge Raad zet strikte lijn voor toepassing werkelijk gebruik methode voor btw-aftrek door, waardoor toepassing in de praktijk moeilijk blijft.