02/10/20
Dit artikel is voor het laatst geüpdatet op 23 februari 2021.
Per 1 oktober is de eerste subsidieperiode van NOW-3 van start gegaan. Het aanvraagloket hiervoor opende op 16 november 2020. De NOW-3 is opgedeeld in drie subsidieperioden van elk drie maanden. Deze subsidieperioden worden de derde, vierde en vijfde tranche van NOW genoemd. De voorwaarden lichten wij in dit artikel toe.
Ook wijzen wij u in dit artikel op nieuws over NOW-1 en NOW-2, waaronder de herstelmogelijkheid voor subsidievaststelling op werkmaatschappijniveau.
Het kabinet heeft de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor werkbehoud (NOW) verlengd met drie tijdvakken van drie maanden, gedurende 1 oktober 2020 tot en met 30 juni 2021. Deze drie subsidieperioden worden de derde, vierde en vijfde tranche van NOW genoemd. Aanvankelijk zou gedurende de loop van deze negen maanden de hoogte van de tegemoetkoming in de loonkosten worden afgebouwd en een hoger omzetverlies worden vereist. Het kabinet heeft echter besloten de NOW-3 niet af te bouwen. Vanaf 1 januari 2021 is de hoogte van de tegemoetkoming zelfs verhoogd van 80% naar 85%.
Tijdvak NOW-3 | Vereist omzetverlies | Max. vergoeding loonsom | Ruimte daling loon | Max. vergoeding per werknemer |
1 okt. t/m 31 dec. 2020 | 20% | 80% | 10% | € 9.691 (2x dagloon) |
1 jan. t/m 31 maart 2021 | 20% | 85% | 10% | € 9.718 (2x dagloon) |
1 april t/m 30 juni 2021 | 20% | 85% | 10% | € 9.718 (2x dagloon) |
Voor NOW-1 en NOW-2 is het mogelijk gemaakt dat de subsidie van een concernonderdeel achteraf kan worden vastgesteld op werkmaatschappijniveau als op het moment van de vaststellingsaanvraag aan de voorwaarden hiervoor wordt voldaan. Met dit doel is in de regeling voor NOW-1 en NOW-2 het volgende gewijzigd:
Uiteraard heeft het concernonderdeel alleen recht op NOW op basis van de werkmaatschappijmogelijkheid als (bij de vaststellingsaanvraag) aan alle voorwaarden hiervoor is voldaan, waaronder de voorwaarde dat het concern als geheel minder dan 20 procent omzetverlies heeft.
Voor de vaststellingsaanvraag van NOW-1 en NOW-2 komt de voorwaarde te vervallen dat de werkgever documenten moet meesturen als bewijs voor de opgegeven omzetdaling. Bij een beroep op de werkmaatschappijmogelijkheid hoeft de werkgever ook geen extra bewijsstukken meer mee te sturen. De werkmaatschappij moet alleen verklaren dat aan de extra voorwaarden is voldaan en een accountantsverklaring meesturen waaruit dit bijkt. De documenten van de werkgever kunnen wel worden opgevraagd voor nader onderzoek.
Met betrekking tot het dividend- en bonusverbod stond in de regelingen voor NOW-1 en NOW-2 dat dit geldt ‘tot en met de datum van de vergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld in 2021’. Op basis van deze formulering kan worden gedacht dat een bedrijf na deze vergadering (bijvoorbeeld) alsnog dividend over 2020 aan aandeelhouders kan uitkeren. Dit is in strijd met het doel van de bepaling en om de onduidelijkheid weg te nemen wordt bovenstaande zinsnede uit de bepalingen geschrapt.