Definitief rulingbesluit met nieuwe vereisten per 1 juli 2019 gepubliceerd

10/07/19

Het besluit is per 1 juli 2019 in werking getreden en vervangt de drie eerdere rulingbesluiten van 3 juni 2014.

Het nieuwe besluit van 1 juli 2019 komt in grote lijnen overeen met het concept-rulingbesluit dat de staatssecretaris van Financiën op 23 april 2019 ter consultatie heeft gepubliceerd. Zie ons PwC Actueel van 24 april 2019.

De eisen om een ruling te verkrijgen worden strenger, en alle rulingverzoeken zullen geanonimiseerd worden gepubliceerd.

Wat betekent dit voor u?

Wanneer u vanaf 1 juli 2019 een ruling met een internationaal karakter wilt sluiten met de Belastingdienst, moet u er rekening mee houden dat daar vanaf dat moment strengere eisen aan worden gesteld dan voorheen. 

Ook moet u er rekening mee houden dat van elke ruling met een internationaal karakter een geanonimiseerde samenvatting wordt gepubliceerd; dit geldt ook voor rulingverzoeken die uiteindelijk niet tot een ruling leiden.

Hoe komt een ruling tot stand?

De bevoegde inspecteur voert het vooroverleg en is de eerste behandelaar van het vooroverleg voor de verkrijging van zekerheid vooraf in de vorm van een ruling met een internationaal karakter.

Voor een aantal onderwerpen is het Behandelteam IFZ de eerste behandelaar.

Tot deze onderwerpen behoren bijvoorbeeld:

  • de toepassing van de deelnemingsvrijstelling op buitenlandse deelnemingen;
  • de kwalificatie van (hybride) rechtsvormen of (hybride) financieringen;
  • de vraag of al dan niet sprake is van een vaste inrichting;
  • de allocatie van vermogensbestanddelen aan een vaste inrichting;
  • de toepassing van de inhoudingsvrijstelling in de dividendbelasting;
  • de toepassing van een in een belastingverdrag opgenomen antimisbruikbepaling;
  • het sluiten van een Advanced Pricing Agreement (APA). 

Met ingang van 1 juli 2019 is een nieuw college binnen de Belastingdienst ingesteld, het College Internationale Fiscale Zaken (College IFZ). Het College IFZ is verantwoordelijk voor de centrale coördinatie van het vooroverleg, en moet de eenheid van beleid en uitvoering waarborgen.

Voordat een ruling met een internationaal karakter wordt afgegeven, moet de eerste behandelaar (bevoegde inspecteur dan wel Behandelteam IFZ) deze ter goedkeuring voorleggen aan het College IFZ.

Wel of geen zekerheid vooraf

De Belastingdienst treedt alleen in vooroverleg over de verkrijging van zekerheid vooraf in de vorm van een ruling met een internationaal karakter, wanneer:

  • Het verzoekende lichaam over voldoende relevante economische nexus met Nederland beschikt. Onder economische nexus worden kort gezegd bedrijfseconomische operationele activiteiten verstaan. 

  • Het besparen van Nederlandse of buitenlandse belasting niet de enige of doorslaggevende reden voor een transactie is.

  • Een transactie niet plaatsvindt met een land dat voorkomt op de Nederlandse lijst met laagbelastende landen. Op dit moment zijn dat bijvoorbeeld Anguilla, Bahama’s, Bahrein, Belize, Bermuda, Britse Maagdeneilanden, Guernsey, Isle of Man, Jersey, Kaaiman Eilanden, Koeweit, Qatar, Saoedi-Arabië, Turks- en Caicoseilanden, Vanuatu en de Verenigde Arabische Emiraten. 

Publicatie rulings

Van elke ruling met een internationaal karakter wordt een geanonimiseerde samenvatting gepubliceerd. Deze samenvatting geeft beknopt weer: aanleiding, feiten, rechtskader, overwegingen en conclusie. 

Ook wanneer vooroverleg is gevoerd voor een ruling, maar deze uiteindelijk niet tot stand is gekomen, zal daarvan een samenvatting worden gepubliceerd. Deze samenvatting zal in dat geval een toelichting bevatten waarom de ruling niet tot stand is gekomen. 

Bi- en multilaterale APA’s

Nederland zal zich inspannen om APA’s bilateraal af te sluiten. Aan verzoeken om het sluiten van multilaterale APA’s zal in beginsel worden meegewerkt. Mocht dit op bezwaren stuiten van één of meer verdragslanden, dan zal het verzoek worden gesplitst in meerdere verzoeken om bilaterale APA’s.

Aanspreekpunt Buitenlandse investeerders

Onderdeel van het College IFZ is het Aanspreekpunt Buitenlandse investeerders (APBI). Het APBI is bevoegd tot het maken van afspraken vooraf over de fiscale aspecten van voorgenomen investeringen door potentiële buitenlandse investeerders.

Aangewezen instanties in bijzondere situaties

In het nieuwe besluit zijn specifieke instanties aangewezen binnen de Belastingdienst die mogen beslissen op verzoeken om toepassing van de zogenoemde "vangnetbepaling" in de LOB-bepaling en de zogenoemde "corporate-tiebreakerbepalingen" die in sommige Nederlandse belastingverdragen zijn opgenomen.

Contact

Michel van Dun

Michel van Dun

Senior Manager, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)61 042 11 99

Vassilis Dafnomilis

Vassilis Dafnomilis

Senior Manager Tax, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)61 399 87 29

Volg ons