18/11/21
De UBO-registratieprocedure blijft in zijn huidige openbare vorm voorlopig in stand. Dat vloeit voort uit de afwijzing van de vorderingen van stichting Privacy First ten aanzien van de openbare UBO-registratieplicht door Hof Den Haag op 16 november 2021. De Luxemburgse rechter heeft echter reeds prejudiciële vragen over het openbare karakter van het UBO-register gesteld aan het Hof van Justitie van de EU (HvJEU). Mogelijk concludeert het HvJEU dat de openbare registratieplicht in strijd is met grondrechten, het evenredigheidsbeginsel en de AVG. In dat geval wordt de openbare UBO-registratieplicht buiten werking gesteld. Het antwoord van het HvJEU wordt medio 2022 verwacht.
Voorlopig verandert er aan de UBO-registratieplicht niets. In Nederland opgerichte vennootschappen en andere rechtsvormen hebben tot 27 maart 2022 de tijd om hun UBO’s te registreren. Nieuwe vennootschappen of andere rechtsvormen zijn nu al verplicht om hun UBO’s te registreren. Zij hebben daarvoor tot een week na oprichting de tijd, de normale termijn die voor alle rechtsvormen zal gelden na 27 maart 2022.
Hof Den Haag wijst in haar uitspraak expliciet op de mogelijkheid tot afscherming van openbare UBO-gegevens, die voortduurt tot en met de bezwaar- en beroepsfase. U kunt als UBO bij de Kamer van Koophandel (KvK) als beheerder van het UBO-register een verzoek tot afscherming indienen. Dit kan alleen voor persoonlijke gegevens, dus niet voor de aard en de omvang van het economische belang dat u als UBO houdt. Daarbij behouden de Financiële Inlichtingen Eenheid, de bevoegde autoriteiten en aangewezen poortwachters zoals kredietinstellingen, financiële instellingen en notarissen bij afscherming wel toegang tot uw afgeschermde gegevens.
Voor toekenning van een verzoek tot afscherming zijn twee limitatieve gronden:
Wordt een afschermingsverzoek afgewezen door de KvK, dan kunt u bezwaar aantekenen en vervolgens ook in beroep gaan bij de rechter. De KvK zal bij ontvangst van uw afschermingsverzoek uw gegevens direct afschermen en ze blijven afgeschermd totdat er een definitieve (onherroepelijke) uitspraak is over uw afschermingsverzoek.
Op 27 september 2020 is in Nederland de Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden van vennootschappen en andere juridische entiteiten in werking getreden. Daarmee is de UBO-registratieplicht voor bij de KvK geregistreerde rechtsvormen van kracht geworden. De afkorting UBO staat voor Ultimate Beneficial Owner en duidt op een natuurlijke persoon die uiteindelijk de zeggenschap heeft over een juridische entiteit of gerechtigd is tot haar winsten. Sinds de inwerkingtreding hebben bestaande rechtsvormen achttien maanden de tijd om hun UBO’s te registreren. Nieuw opgerichte rechtsvormen moeten dat binnen een week na hun oprichting doen. Dat betekent dat op uiterlijk 27 maart 2022 alle rechtsvormen hun UBO’s moeten hebben geregistreerd.
Van een UBO is sprake als een natuurlijke persoon een direct of indirect eigendoms- of zeggenschapsbelang van meer dan 25 procent in een rechtsvorm heeft. Is het niet mogelijk om een dergelijke persoon aan te wijzen, dan wordt het hoger leidinggevend personeel van de entiteit als UBO geregistreerd: de pseudo- of quasi-UBO. Bij personenvennootschappen zijn dat de beherende vennoten, bij overige entiteiten gaat het om statutaire bestuurders. In het register worden bepaalde persoonlijke gegevens van de UBO’s geregistreerd. Het gaat om de naam, geboortemaand- en jaar, woonstaat, nationaliteit en de aard en omvang van het economisch belang (in percentagebandbreedtes) van UBO’s.
Naar aanleiding van de verplichting tot de registratie van deze persoonsgegevens heeft de stichting Privacy First een kort geding aanhangig gemaakt. Deze onafhankelijke stichting zet zich in voor het behoud en het bevorderen van het recht op privacy. Zij vorderde de buitenwerkingstelling van de UBO-registratieplicht en verzocht om het stellen van prejudiciële vragen aan het HvJEU. Als argumenten voerde zij met name de kritische adviezen van zowel de European Data Protection Supervisor (EDPS) als de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) aan. Deze organisaties stellen vraagtekens bij de proportionaliteit van de Europese anti-witwasrichtlijnen die ten grondslag liggen aan de UBO-registratie.
Hoewel de rechtbank aanleiding zag om te twijfelen aan de rechtsgeldigheid van deze richtlijnen wees zij de vorderingen af. De Luxemburgse rechter had inmiddels al prejudiciële vragen aan het HvJEU gesteld en in afwachting van het antwoord op deze vragen vond de rechtbank het te ver gaan om de Nederlandse Staat te verplichten om evident in strijd met een Europese richtlijn te handelen. In hoger beroep wijst nu dus ook Hof Den Haag de vorderingen om buitenwerkstelling of opschorting van de openbare UBO-registratieplicht af. Buitenwerkstelling is volgens het hof niet mogelijk omdat de onderliggende richtlijnen geldig zijn. Wat betreft opschorting acht het hof het onvoldoende aannemelijk dat UBO’s in de periode tot medio 2022 - wanneer de uitspraak van HvJEU wordt verwacht - ernstige schade zullen lijden als gevolg van de openbare registratieplicht. Het hof wijst daarbij ook op de mogelijkheid binnen de Nederlandse wetgeving om openbare UBO-gegevens af te schermen.
PwC kan u helpen bij de UBO-registratie en heeft hiervoor zowel een UBO webtool als een UBO Analyser ontwikkeld.
De UBO webtool stelt u in staat om op eenvoudige wijze te controleren of uw Nederlandse organisatie verplicht is om haar UBO(‘s) te registreren in het UBO-register. De tool geeft ook inzicht in wie de UBO(‘s) is/zijn en welke informatie geregistreerd moet worden in het UBO-register. Lees hier meer over onze UBO webtool.
Door middel van onze speciaal ontwikkelde ‘UBO Analyser’ zijn wij in staat voor (internationale) groepsstructuren in kaart te brengen welke UBO-registratieverplichtingen gelden in verschillende EU- en EER-landen, wie de UBO(‘s) is/zijn en welke gegevens geregistreerd moeten worden in het betreffende lokale UBO-register. Lees hier meer over onze ‘UBO Analyser’-dienstverlening.
Zowel onze UBO webtool als de ‘UBO Analyser’-dienstverlening bieden slechts een indicatie, zonder expliciete of impliciete verklaringen of garanties te geven.
Vanzelfsprekend kunnen wij u ook helpen bij het registreren van uw UBO. Ons Entity Governance & Compliance team voert graag de registratie uit van UBO(s) van bestaande vennootschappen en andere bestaande juridische entiteiten. UBO(s) van startende organisaties zullen in de meeste gevallen worden geregistreerd door de betrokken Nederlandse notaris als onderdeel van het proces van de oprichting.
Het is nog niet bekend of Privacy First cassatie in gaat stellen tegen de uitspraak van het hof. De toekomst van de UBO-registratieplicht is in ieder geval onduidelijk totdat het HvJEU antwoord geeft op de prejudiciële vragen van de Luxemburgse rechter. Als blijkt dat de Europese anti-witwasrichtlijnen in strijd zijn met het Europese evenredigheidsbeginsel zal de UBO-registratieplicht buiten werking worden gesteld. Dit antwoord wordt medio 2022 verwacht. Dat betekent dat tussen 27 maart 2022 en medio 2022 zowel bestaande als nieuw opgerichte Nederlandse vennootschappen en andere juridische entiteiten hun UBO’s dienen te registreren.