EU Commissie grijpt in om hoge energieprijzen aan te pakken

23/09/22

De Europese Commissie (EC) heeft door middel van een verordening de volgende vier maatregelen voorgesteld:

  • een verplichting voor EU-lidstaten om hun bruto-elektriciteitsverbruik met 10% te verminderen (tot 31 maart 2023);
  • een verplichting voor EU-lidstaten om hun bruto-elektriciteitsverbruik met ten minste 5% te verminderen tijdens geselecteerde piekprijsuren (tot 31 maart 2023);

  • een tijdelijk inkomstenplafond voor elektriciteitsproducenten met lagere marginale kosten (zoals hernieuwbare energiebronnen, kernenergie, bruinkool en ruwe olie) tot 31 maart 2023; en

  • een tijdelijke verplichte solidariteitsbijdrage over de overwinsten van 2022 uit activiteiten in de olie-, gas-, kolen- en raffinagesectoren.

Verordening

Volgens de EC zijn deze maatregelen bedoeld om de impact van hoge elektriciteitsprijzen te verzachten en consumenten te beschermen, terwijl de voordelen van de interne markt en een gelijk speelveld behouden blijven.

De rechtsgrondslag van de voorgestelde verordening is artikel 122 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Als zodanig vereist het voorstel een gekwalificeerde meerderheid van stemmen in de Raad om te worden goedgekeurd.

Wanneer de verordening wordt aangenomen, zal deze bindend zijn voor alle EU-lidstaten en zou omzetting in nationaal recht niet nodig zijn. De inning van de solidariteitsbijdrage en de administratieve aspecten van de maatregelen zijn niet vastgelegd in de verordening. Tenzij de EU op korte termijn een uitvoeringsverordening opstelt, moet dit op het niveau van de lidstaten geregeld worden. 

De EU-lidstaten behouden het recht om ambitieuzere maatregelen in te voeren, zowel wat betreft vraagvermindering als beperking van inkomsten van elektriciteitsproducenten. De maatregelen dienen evenredig te zijn, de werking van de groothandelsmarkten voor elektriciteit niet te verstoren, investeringssignalen niet in gevaar te brengen en in overeenstemming te zijn met het Unierecht.

Wat betekent dit voor uw organisatie?

Als u een in de EU gevestigde elektriciteitsproducent of een exploitant in de fossiele industrie bent, zal de voorgestelde verordening de komende maanden waarschijnlijk directe gevolgen hebben voor uw bedrijf. Voornamelijk:

  • Als u binnen het bereik van de tijdelijke inkomstenlimiet valt, kunt u tot maart 2023 een plafond van de toegestane inkomsten verwachten; en

  • als u onder de solidariteitsbijdrage valt, is het aan te raden te bepalen wat de impact is. 

Als u niet direct betrokken bent bij de opwekking van elektriciteit, kan de voorgestelde regeling toch indirecte gevolgen voor u hebben, maar de exacte impact is momenteel moeilijk vast te stellen. Het is vooralsnog onbekend hoe de voorgestelde verordening praktisch van invloed zal zijn op de eindverbruikersprijs van elektriciteit.

Naast de bovengenoemde twee maatregelen verplicht de voorgestelde verordening de EU-lidstaten ook om hun totale maandelijkse bruto-elektriciteitsverbruik met 10% te verminderen in vergelijking met het gemiddelde bruto-elektriciteitsverbruik van de overeenkomstige referentieperiode. De referentieperiode loopt van 1 november tot en met 31 maart van de vijf opeenvolgende jaren voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding van de verordening. Er is ook een verplichte vermindering van 5% van het elektriciteitsverbruik tijdens piekuren. Om deze verminderingen te bereiken, kan het zijn dat EU-lidstaten beperkingen opleggen aan hun lokale elektriciteitsverbruikers (mogelijk via efficiëntiemaatregelen of verminderde bedrijfsuren). Dit kan een directe impact hebben op uw bedrijf.

Contact

Niels Muller

Niels Muller

Partner, Energy transition and sustainable energy, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 160 08 61

Juliette Marsé

Juliette Marsé

Director (Tax) - Energy, Utilities & Resources, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)63 419 61 08

Volg ons