17/05/23
Het Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM), de herziening van het EU-ETS, ook voor de luchtvaart en de zeevaart, de nieuwe ETS II voor wegvervoer en gebouwen en het Sociaal Klimaatfonds zijn aangenomen en gepubliceerd in het Publicatieblad van de EU. Dit zijn sleutelonderdelen van het EU-pakket ‘Fit for 55’. Met dit pakket wil de EU de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met ten minste 55 procent verminderen ten opzichte van het niveau van 1990.
Het CBAM onderscheidt zich van deze voorstellen als het EU-grensheffings-equivalent van het EU-ETS. Het introduceert een EU-invoerheffing op de ingebedde koolstofemissies van bepaalde goederen. In wezen is CBAM bedoeld om ‘carbon leakage’ te voorkomen door bedrijven die hun productie buiten de EU verplaatsen om de kosten van klimaatregelgeving te vermijden. Voor CBAM start een overgangsperiode met initieel alleen administratieve verplichtingen vanaf 1 oktober 2023.
Nadat de voorstellen zijn aangenomen door het EU-parlement op 18 april 2023 en de Raad van de EU op 25 april 2023 zijn de EU-wetten op 16 mei 2023 gepubliceerd.
Hieronder volgen de meest relevante aspecten van de aangenomen voorstellen.
Hoewel u geleidelijk te maken zult krijgen met de directe gevolgen van deze aangenomen voorstellen, in de vorm van administratieve en financiële verplichtingen, vanwege een gefaseerde invoer, is het belangrijk nu te beseffen wat de gevolgen zijn voor uw toeleveringsketen en productiekosten. CO2-emissiecertificaten zullen naar verwachting steeds schaarser en dus duurder worden, iets om op te anticiperen. Ook zullen de administratieve verplichtingen toenemen, te beginnen met de administratieve vereisten voor CBAM op 1 oktober 2023.
PwC heeft ruime kennis en ervaring met het identificeren van de koolstof die besloten ligt in de toeleveringsketens van uw bedrijf. Wij kunnen u helpen een stapsgewijze aanpak te ontwikkelen om de toekomstige uitdagingen aan te gaan en nieuwe kansen te benutten.
Het CBAM is een heffing op de invoer van bepaalde goederen in de EU, ter adressering van de impact van ingebedde koolstofemissies als gevolg van de productie van de goederen. Er start een overgangsperiode met eerste administratieve verplichtingen vanaf 1 oktober 2023.
Het CBAM zal aanvankelijk betrekking hebben op een aantal producten in specifieke koolstofintensieve sectoren: ijzer en staal, cement, meststoffen, aluminium, elektriciteit en waterstof, sommige precursoren en een beperkt aantal afgeleide producten.
Op 1 oktober 2023 gaat een overgangsfase in, waarin administratieve verplichtingen worden opgelegd. Importeurs van de producten die onder het toepassingsgebied vallen, moeten rapporteren over ingebedde broeikasgasemissies van CO2 en, indien relevant, lachgas en perfluorkoolstoffen.
Na deze overgangsfase zal het CBAM geleidelijk verder worden ingevoerd, parallel met de geleidelijke afschaffing van de gratis rechten in het kader van het EU-ETS, over een periode van negen jaar tussen 2026 en 2034. Overeenkomstig deze geleidelijke invoering zullen EU-importeurs van deze producten dan CBAM-certificaten voor hun invoer moeten kopen. De prijs van de CBAM-certificaten komt overeen met de EU-ETS-koolstofprijs die zou zijn betaald indien de goederen in de EU waren geproduceerd.
Op die manier is CBAM een beleidsinstrument dat zorgt voor gelijke concurrentievoorwaarden voor koolstofintensieve goederen uit de EU binnen de eengemaakte EU-markt.
EU-ETS is een koolstofmarkt, gebaseerd op een systeem van "cap-and-trade" van emissierechten voor energie-intensieve industrieën en de sector elektriciteitsopwekking. Het Parlement en de Raad hebben de ambitie voor emissiereducties in de onder het EU-ETS vallende sectoren aangescherpt, tegen 2030 is de totale reductie verhoogd tot 62 procent. Dit heeft twee belangrijke elementen.
De gratis rechten zullen voor bepaalde sectoren geleidelijk worden afgeschaft in gelijke tred met de invoering van het CBAM. Gedurende een periode van negen jaar tussen 2026 en 2034 zullen de gratis rechten in het begin langzamer en aan het eind sneller worden afgeschaft.
De gratis rechten voor industrieën in het ETS worden als volgt afgebouwd.
2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 |
2,5% | 5% | 10% | 22,5% | 48,5% | 61% | 73,5% | 86% | 100% |
Vanaf 2034 worden de kosteloze emissierechten dus - op enkele uitzonderingen na - volledig afgeschaft. Voor het einde van de beoordelingsperiode beoordeelt de Commissie het risico van koolstoflekkage voor in de EU geproduceerde goederen die bestemd zijn voor uitvoer naar niet-EU-landen en dient zij, indien nodig, een WTO-conform wetgevingsvoorstel in om dit risico aan te pakken.
Emissies van de zeevaart worden ook opgenomen in de scope van het EU-ETS. Het EU-parlement en de Raad hebben overeenstemming bereikt over een geleidelijke invoering van verplichtingen voor scheepvaartmaatschappijen om emissierechten in te leveren: 40 procent voor geverifieerde emissies vanaf 2024, 70 procent vanaf 2025 en 100 procent vanaf 2026.
Grote schepen van meer dan 5.000 brutoton zullen van meet af aan onder de werkingssfeer van het EU-ETS maritiem vallen. Vóór 2027 zal de Commissie onderzoeken of het haalbaar is (offshore)schepen met een brutotonnage tussen 5.000 en 400 ton in het EU-ETS op te nemen. Er is overeengekomen om vanaf 2026 ook niet-CO2-emissies (methaan en lachgas) in het EU-ETS te betrekken. Voorts versterkt het akkoord de maatregelen ter bestrijding van het risico van ontduiking.
Een deel van de opbrengsten van het EU-ETS zal via het innovatiefonds ter beschikking worden gesteld van diverse sectoren, waaronder de maritieme sector.
Het toepassingsgebied van EU-ETS voor de luchtvaartsector is beperkt tot intra-Europees, wat betekent dat het van toepassing is op emissies van vluchten die vertrekken vanuit de EU naar een bestemming binnen de EU of naar het Verenigd Koninkrijk of Zwitserland. Extra-Europese vluchten, van en naar derde landen, vallen onder CORSIA (Carbon Offsetting and Reduction Scheme for International Aviation). Vanaf 2027 wordt het toepassingsgebied van het EU-ETS voor de luchtvaart uitgebreid tot vluchten naar derde landen die CORSIA niet toepassen.
De gratis emissierechten voor de luchtvaartsector zullen vanaf 2026 geleidelijk worden afgeschaft. Ook kan de huidige uitzondering van het toepassingsgebied van het EU-ETS voor vluchten van binnen de EU naar derde landen worden afgeschaft als de vooruitgang van CORSIA tegen 1 juli 2026 door de EU Commissie negatief wordt beoordeeld.
Uiterlijk op 1 januari 2028 zal de Commissie in voorkomend geval ook verzachtende maatregelen voor niet-CO2-luchtvaarteffecten voorstellen.
Er wordt een nieuw, afzonderlijk EU-ETS ingevoerd voor de sectoren gebouwen en wegvervoer en brandstoffen voor aanvullende sectoren. In het kader van dit mechanisme wordt aan fossiele brandstoffen voor wegvervoer en verwarming een koolstofprijs toegekend. Distributeurs die brandstoffen leveren aan gebouwen, wegvervoer en bepaalde andere sectoren die fossiele brandstoffen verkopen, moeten emissierechten kopen (tegen de koolstofprijs) voor de emissies die door de exploitatie van hun bedrijf worden veroorzaakt.
Er wordt niet voorzien in gratis emissierechten, aangezien de prijzen door de brandstofhandelaars aan de consument moeten worden doorberekend om de nodige stimulansen voor klimaatbescherming te geven. Het systeem gaat in 2025 van start, waarbij de uitgifte van emissierechten en de nalevingsverplichtingen vanaf 2027 van toepassing worden.
Een deel van de inkomsten uit de veiling van emissierechten zal worden gebruikt om kwetsbare huishoudens en micro-ondernemingen te ondersteunen via het Sociaal Klimaatfonds.
Het Sociaal Klimaatfonds is bedoeld om kwetsbare huishoudens, micro-ondernemingen en vervoersgebruikers te helpen omgaan met de prijseffecten van een ETS voor gebouwen en wegvervoer en brandstoffen voor aanvullende sectoren. Het fonds zal helpen energiearmoede aan te pakken en de toegang tot emissievrije en emissiearme mobiliteit en vervoer in de EU te verbeteren.
Het fonds wordt opgericht voor de periode 2026-2032 en de uitgaven komen in aanmerking vanaf 1 januari 2026.
De goedgekeurde voorstellen bestaan uit zowel richtlijnen als verordeningen. Richtlijnen moeten in nationaal recht worden omgezet om daadwerkelijk in werking te treden, terwijl verordeningen rechtstreekse werking hebben. Meer achtergrondinformatie hierover is te vinden op onze EU Fit for 55 landingspagina.
Energy - Utilities - Resources Industry Leader & Energy Transition Leader, Partner, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)65 154 18 97
Partner, Energy transition and sustainable energy, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)65 160 08 61
Mohammed Azouagh
Senior Manager - Tax, Sustainability and Incentives, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)62 380 36 54