Nieuwe regeling bij kwijtscheldingswinst

18/09/24

Dit artikel is voor het laatst bijgewerkt op 17 december 2024.

De samenloop tussen de verliesverrekeningsregels in de Vpb en de kwijtscheldingswinstvrijstelling kan in bepaalde gevallen sanering van een verlieslijdende onderneming bemoeilijken, namelijk als de vorderingen op die onderneming worden kwijtgescholden. Er ontstaat dan een kwijtscheldingswinst die onder voorwaarden (gedeeltelijk) wordt vrijgesteld. Door de huidige verliesverrekeningsregels kan deze kwijtscheldingswinst ondanks de vrijstelling toch tot heffing van vennootschapsbelasting leiden. Dat is niet de bedoeling en leidt tot problemen, zo constateerde ook de Belastingdienst. Er komt daarom een nieuwe regeling.  

Straat met oude gevels en boom in blad.

Wat betekent dit voor uw onderneming? 

De sanering van verlieslijdende onderneming wordt gemakkelijker, doordat geen Vpb meer verschuldigd is over de kwijtscheldingswinst. 

Achtergrond

Als de schulden van een onderneming om zakelijke redenen worden kwijtgescholden ontstaat er een kwijtscheldingswinst bij de debiteur. Door de in 2022 gewijzigde verliesverrekeningsregels kan deze kwijtscheldingswinst ondanks de zogenoemde kwijtscheldingswinstvrijstelling toch tot heffing van vennootschapsbelasting leiden. Om dit ongewenst effect te voorkomen geldt vanaf 1 januari 2025 een nieuwe regeling die ertoe moet leiden dat waar nodig de knellende verliesverrekeningsregels buiten werking worden gesteld.

Hoe kon deze ongelukkige samenloop ontstaan? Om deze vraag te kunnen beantwoorden gaan we hierna in op de werking van beide regelingen. Daarna zullen we samenloop bespreken en het voorstel toelichten.  

Verliesverrekeningsregels in de Vpb

Vanaf 2022 is de verliesverrekening in de vennootschapsbelasting gemaximeerd. Het doel van deze maatregel is te voorkomen dat bedrijven met winstgevende activiteiten jaren achtereen geen vennootschapsbelasting betalen door een groot bedrag aan verrekenbare verliezen uit het verleden. Daar staat tegenover dat verliezen vanaf 2022 onbeperkt in de tijd voorwaarts verrekenbaar zijn geworden.

De verrekening van verliezen vindt plaats maximaal tot 50 procent van de winst. Echter, de eerste 1 miljoen euro aan winst blijft volledig verrekenbaar met verliezen. Oftewel, bij een fiscale winst van meer dan 1 miljoen euro is altijd Vpb verschuldigd, ongeacht de hoogte van de compensabele verliezen. 

De kwijtscheldingswinstvrijstelling

Als de schulden van een onderneming om zakelijke redenen worden kwijtgescholden ontstaat er een kwijtscheldingswinst bij de debiteur. Deze kwijtscheldingswinst is fiscaal deels niet belast (vrijgesteld) als sprake is van een schuldeiser die rechten prijsgeeft en deze rechten niet voor verwezenlijking vatbaar zijn. Van de winst die is behaald met de kwijtschelding is alleen het deel vrijgesteld dat hoger is dan de te verrekenen verliezen. Er is derhalve sprake van een partiële vrijstelling; de hoogte van de vrijstelling is gekoppeld aan het bedrag van de compensabele verliezen.

 

De ratio van de kwijtscheldingswinstvrijstelling is dat belastingheffing het doel van de kwijtschelding (de sanering van verlieslijdende ondernemingen) niet mag belemmeren. De ratio van het slechts partieel vrijgesteld zijn van deze winst is dat het meerdere kan worden verrekend met de compensabele verliezen. 

Daarom wordt over het kwijtscheldingsvoordeel uiteindelijk feitelijk geen belasting geheven, zodat de onderneming met een schone lei verder kan.

 

De samenloop

Tot voor 2022 gold dat kwijtscheldingwinst volledig kon worden verrekend met de aanwezige compensabele verliezen. Als er daarna nog een bedrag aan kwijtscheldingswinst resteerde en aan de voorwaarden werd voldaan, was de resterende kwijtscheldingswinst vrijgesteld onder de kwijtscheldingwinstvrijstelling. Hiermee werd bereikt dat er per saldo geen vennootschapsbelasting hoefde te worden betaald. Met ingang van 2022 zijn echter, zoals hierboven beschreven, de regels voor verliesverrekening aangepast. Er is toen geen nadere regeling getroffen voor situaties van een bedrijfssanering waarbij schulden om zakelijke redenen worden kwijtgescholden. 

Het gevolg hiervan is dat door de nieuwe verliesverrekeningsregels er toch steeds belasting moet worden betaald, wanneer de winst meer dan 1 miljoen euro bedraagt, ook als deze winst ontstaat door een kwijtscheldingswinst. We verduidelijken dit aan de hand van een vereenvoudigd voorbeeld welk is gebaseerd op de toelichting bij het wetsvoorstel:

  • Een onderneming heeft compensabele verliezen uit het verleden van 4 miljoen euro

  • De kwijtscheldingswinst is 6 miljoen euro

  • Het reguliere verlies van het jaar zelf is 500.000

 

De kwijtscheldingswinstvrijstelling is in dit geval 1,5 miljoen euro, Immers, voor de berekening van het vrij te stellen bedrag geldt dat de 6 miljoen euro aan kwijtscheldingswinst eerst moet worden verrekend met het reguliere verlies van het jaar zelf (500.000 euro) en vervolgens met de compensabele verliezen uit het verleden (4 miljoen euro), wat optelt tot 1,5 miljoen euro aan vrij te stellen kwijtscheldingswinst (6 miljoen minus 500,000 minus 4 miljoen). Op de resterende kwijtscheldingswinst van 4,5 miljoen euro is geen vrijstelling van toepassing, maar die was tot 2022 volledig verrekenbaar met het reguliere verlies van het jaar zelf en de compensabele verliezen uit het verleden. Tot 2022 leidde de kwijtschelding per saldo niet tot een te betalen bedrag aan Vpb.  

Onder de regels die gelden vanaf 2022 tot en met 2024, wordt het vrij te stellen bedrag aan kwijtscheldingswinst nog steeds op dezelfde manier berekend. Het bedrag van de kwijtscheldingswinstvrijstelling bedraagt dus nog steeds 1,5 miljoen euro. Na toepassing van de vrijstelling resteert er een een winst van 4 miljoen euro (6 miljoen euro kwijtscheldingswinst minus 500.000 euro aan regulier verlies van het jaar zelf minus 1,5 miljoen kwijtscheldingswinstvrijstelling). Op het resterende bedrag van 4 miljoen euro zijn vervolgens de regels voor verliesverrekening die gelden vanaf 2022 van toepassing. Dit houdt in dat kan verliesverrekening slechts kan plaatsvinden tot een bedrag van 2,5 miljoen euro, namelijk een bedrag van 1 miljoen plus 50 procent van de resterende winst. Over 1,5 miljoen euro is in dit voorbeeld derhalve vennootschapsbelasting verschuldigd. Het resterende compensabele verlies kan wel worden doorgeschoven naar de toekomstige jaren, maar het spreekt voor zich dat deze heffing de sanering van bedrijven in voorkomende gevallen cash-flow-technisch ernstig kan belemmeren. 

De nieuwe regeling

In de praktijk traden er bij saneringen inderdaad problemen op met deze regels. Onder andere de Belastingdienst heeft dit bij de wetgever aangegeven. De wetgever heeft daarom besloten om de ongewenste gevolgen van deze samenloop op te lossen en daarom geldt vanaf 1 januari 2025 een eigen regeling voor kwijtscheldingswinsten in de vennootschapsbelasting.

Vanaf 1 januari 2025 geldt dat er in de vennootschapsbelasting twee systemen zijn: 

  1. Als de te verrekenen verliezen uit het verleden minder bedragen dan 1 miljoen euro, dan geldt dat de kwijtscheldingwinst is vrijgesteld voor zover die winst de te verrekenen verliezen (verliezen uit het verleden en het jaarverlies) overtreft. In feite is dit de systematiek zoals die voor alle situaties gold tot 2022. In deze situaties is er immers geen probleem met het beperkt verrekenbaar zijn van verliezen.

  2. Als de te verrekenen verliezen uit het verleden meer bedragen van 1 miljoen euro geldt een nieuwe regeling. Deze nieuwe regeling houdt in dat de kwijtscheldingswinst na verrekening van het jaarverlies volledig wordt vrijgesteld. Daarna worden de compensabele verliezen uit het verleden verminderd met het bedrag van de vrijgestelde kwijtscheldingswinst. Hierdoor gaan de compensabele verliezen voor dit bedrag verloren en is uiteindelijk in het jaar van de kwijtschelding geen vennootschapsbelasting verschuldigd. Opmerkelijk is dat deze regeling ook kan gelden in situaties waarin er eigenlijk geen probleem bestond, namelijk als de winst inclusief de kwijtscheldingwinst beneden de 1 miljoengrens blijft. De wetgever sluit echter aan bij het bedrag aan te verreken verliezen en niet bij het bedrag van de winst. Getalsmatig maakt dat in dit voorbeeld echter niet uit, zoals we zo dadelijk zullen zien.

 

In het hiervoor gegeven voorbeeld betekent dit dat onder de nieuwe regeling (systeem 2) de kwijtscheldingswinst voor 5,5 miljoen euro wordt vrijgesteld (6 miljoen euro minus 500.000 euro). De 500.000 euro is het verlies van het jaar van de kwijtschelding. Vervolgens worden de compensabele verliezen uit het verleden (in casu 4 miljoen euro) op nihil gesteld. 

Er komt dus een hogere vrijstelling die vervolgens wordt teruggenomen door een beperking van de compensabele verliezen. Hierdoor zal het belast belastbaar bedrag op nihil komen.

In fiscale-eenheidssituaties kunnen de regels anders uitwerken. Er zijn situaties bekend waarbij een bedrijfssanering nog steeds tot betaling van Vpb kan leiden vanwege knelpunten rondom de regels voor verliesverrekening. Wij adviseren u daarom om in dergelijke situaties zeker contact op te nemen met uw PwC-adviseur.

Contact us

Brenda Coebergh

Brenda Coebergh

Senior Manager, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 396 57 07

Maarten van Brummen

Maarten van Brummen

Senior Manager, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)61 061 65 09

Stefan van der Wal

Stefan van der Wal

Senior Manager, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)63 073 94 50

Volg ons