07/10/20
Op 5 oktober 2020, heeft het kabinet de Nota van wijziging bij het wetsvoorstel Belastingplan 2021 gepubliceerd waarin de beperking van de verliescompensatie in de vennootschapsbelasting tot 50% van de belastbare winst nader wordt uitgewerkt.
Doel van de voorgestelde maatregel is te voorkomen dat bedrijven met winstgevende activiteiten jaren achtereen geen vennootschapsbelasting betalen door een groot bedrag aan verrekenbare verliezen uit het verleden. Het kabinet stelt nu voor om een ondergrens in de vennootschapsbelasting voor bedrijven met winstgevende activiteiten te bewerkstelligen, door de omvang van de in een jaar in aanmerking te nemen verliezen per 1 januari 2022 te beperken. Er komt ook een verruiming: de voorwaartse verliesverrekening wordt onbeperkt in de tijd (nu zes jaar).
De voorgestelde regeling houdt in dat, indien de verliezen van voorgaande jaren gezamenlijk een bedrag van 1 miljoen euro te boven gaan, de verrekening van die verliezen in een bepaald jaar slechts plaatsvindt tot een bedrag van 1 miljoen euro vermeerderd met 50% van de belastbare winst nadat die winst is verminderd met een bedrag van 1 miljoen euro. De voorgestelde beperking zal ook van toepassing zijn op de achterwaartse verliesverrekening in de vennootschapsbelasting. Indien een belastingplichtige zowel verrekenbare houdster- of financieringsverliezen van vóór 2019 als andere verliezen heeft, geldt voor elk van deze soort verliezen afzonderlijk dat zij tot een bedrag van 1 miljoen euro volledig in aanmerking worden genomen en boven dit bedrag slechts tot een bedrag van 50% van de resterende belastbare houdster- of financieringswinst.
De voorgestelde wijzigingen met betrekking tot de voorwaartse verliesverrekening zullen van toepassing zijn op alle verrekenbare verliezen die ontstaan (in boekjaren die aanvangen) op of na 1 januari 2022 of die ultimo 2021 nog voorwaarts verrekenbaar zijn. Het kabinet acht dat gerechtvaardigd omdat de voorgestelde wijzigingen zowel begunstigend als beperkend zijn voor belastingplichtigen en de bestaande verrekenbare verliezen niet verloren gaan. Tot slot wordt opgemerkt dat verliezen uit jaren die aanvangen vóór 1 januari 2013, maximaal negen jaar verrekenbaar blijven, namelijk de termijn tot dat moment. Voor meer informatie over de voorgestelde regeling, zie “Verliesverrekening in de vennootschapsbelasting beperkt tot 50% van de jaarwinst”.
De beperking van de verliesverrekening in de vennootschapsbelasting tot 50% van de belastbare winst zal gevolgen hebben voor ondernemingen die vennootschapsbelastingplichtig zijn en op dit moment verliezen hebben maar verwachten deze verliezen in toekomstige jaren te kunnen verrekenen. De voorgestelde regeling gaat gelden voor alle verrekenbare verliezen die ontstaan vanaf (boekjaren die aanvangen op of na) 1 januari 2022 of die ultimo 2021 nog voorwaarts verrekenbaar zijn.
Als de voorgestelde nieuwe regels worden ingevoerd, dienen deze in 2020 in aanmerking te worden genomen bij de analyse of er al dan niet een latente belastingvordering gevormd kan worden voor de ultimo 2021 bestaande verliezen.
Onbeperkte voorwaartse verliesverrekening zou in beginsel kunnen betekenen dat ondernemingen meer ruimte hebben om hun verliezen te kunnen waarderen en daarmee (potentieel) een hoger latente belastingvordering kunnen opnemen (wat dus zou leiden tot een lagere effectieve belastingdruk). Echter, door de genoemde beperking van de maximale verliescompensatie per jaar, kan het daarnaast betekenen dat er meer toekomstige winsten nodig zijn om de verliezen in de toekomst te kunnen gebruiken, en kan er mogelijk dus een afwaardering nodig zijn van de bestaande latente belastingvordering (wat dus zou leiden tot een hogere effectieve belastingdruk).
Met de introductie van een in de tijd onbeperkte voorwaartse verliesverrekening wordt de lange termijn winstverwachting van ondernemingen steeds relevanter. Hoe verder een onderneming in de toekomst zal moeten kijken, hoe uitdagender het wordt om voldoende bewijs te kunnen leveren dat een betrouwbare inschatting van de toekomstige winstverwachting mogelijk is.
Verder, door de introductie van een maximering van de verliesverrekening per jaar, dient ook de zogeheten ‘cash ETR’ (of cash tax flow) effecten in aanmerking te worden genomen.
Marcel Kriek
Senior Director, Tax & Legal Tax Reporting & Strategy, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)62 265 01 94