20/05/21
Vlak voor de uitbraak van het coronavirus in 2020 publiceerde de World Energy Council Nederland (WEC) het rapport Phasing out carbon met daarin een scenario voor het koolstofarm maken van de energiemix in Noordwest-Europa. Het nieuwe rapport van de WEC, About black swans and green futures: Decarbonising Northwest Europe after Covid-19, kijkt naar de vraag of de coronapandemie het halen van de klimaatdoelen van Parijs wel of niet in gevaar heeft gebracht.
PwC is verbonden aan de World Energy Council, dat zich in brede zin bezighoudt met de wereldenergievraagstukken van vandaag en in de toekomst.
Playback of this video is not currently available
Impact Covid-19 on northwestern Europe's decarbonisation pathway
Jeroen van Hoof, voorzitter van WEC Nederland, geeft aan dat het nieuwe WEC-rapport voortbouwt op het rapport van maart 2020. ‘In ons rapport van vorig jaar concludeerden we met de positieve boodschap dat de klimaatdoelstellingen van Parijs haalbaar zijn, mits aan een aantal voorwaarden zou worden voldaan.’
‘De coronapandemie heeft de wereld opgeschud. De grote vraag is nu of Covid-19 blijvende veranderingen teweeg heeft gebracht of slechts heeft geleid tot een tijdelijke dip in de emissies en een tijdelijk verhoogde aandacht voor de noodzaak tot vergroening waarna we weer verder gaan op het eerdere pad. Als we het momentum dat nu gecreëerd is door de coronapandemie weten vast te houden zouden we wel eens op een positiever scenario kunnen uitkomen dan voor de pandemie.’
Het rapport About black swans and green futures onderscheidt twee mogelijke post-covid scenario’s. ‘Volgens het eerste scenario is de
economie door de coronacrisis in een winterslaap om daarna weer te ontwaken en verder te gaan op dezelfde weg’, zegt Jan Willem Velthuijsen, hoofdeconoom van PwC en coördinator van dit rapport namens de WEC.
‘Dat zou betekenen dat we tijdelijk minder CO2 hebben uitgestoten, maar daarna weer teruggaan naar het oude niveau. Als er verder niet veel structureels aan de economie verandert dan blijven we nog steeds in een redelijk optimistisch scenario zoals we in het rapport van vorig jaar hebben beschreven en zijn de klimaatdoelen van Parijs haalbaar.’
Maar Velthuijsen geeft aan dat er ook argumenten zijn om te komen tot een tweede scenario dat gekenmerkt wordt door een versnelde groei van de Europese economie na de coronacrisis. ‘Enorme financiële stimuleringspakketten, veranderende mobiliteit, meer thuiswerken, efficiënter werken en, daarmee samenhangend, een versnelde digitale transformatie en een veranderende energievraag, wijzen op een mogelijk hoger economisch groeipad in Europa.’
Als alle overige omstandigheden gelijk blijven betekent een hoger economisch groeipad ook meer CO2-uitstoot, waardoor de klimaatdoelstellingen van Parijs niet zouden worden gehaald. Maar Velthuijsen ziet redenen om aan te nemen dat ook het koolstofarm maken van de energiemix dan nog sneller kan gaan waardoor dit effect gecompenseerd wordt.
‘We moeten zorgen dat een deel van die snelle economische groei afkomstig is van groene investeringen. Zo heeft het herstructureringsfonds van de Europese Commissie duidelijk een groene component. Ook de Green Deal is een teken van een duidelijke groene agenda in Europa. Verder zie je dat bijvoorbeeld Duitsland en Frankrijk enorme budgetten vrijmaken voor de waterstofeconomie. Ik zie daarin echt een versnelling van het momentum, ook op energiegebied.’
Op de rem trappen als het gaat om CO2-uitstoot betekent intensiever ‘decarboniseren’. Hiervoor moet Europa versneld overgaan op een andere energiemix. Velthuijsen: ‘In Europa is het gebruik van kolen echt wel op z’n retour en als we de Green Deal doorzetten kan dat een serieuze verandering opleveren. In dat opzicht kan Europa echt vooroplopen in de wereld.’
Daarbij spelen grote industriële clusters in Europa een belangrijke rol. Van Hoof: ‘Binnen die clusters zie je meer samenwerking en een focus op circulaire businessmodellen en het efficiënter omgaan met energie. In de chemische industrie zie je bijvoorbeeld de mogelijkheden van waterstof als energiebron voor chemische processen. Dit kan een enorme impact hebben op de energievraag en de groenere samenstelling in Europa.’
‘Europa beschikt al over deze clusters en de bijbehorende infrastructuur die nodig is voor de energietransitie. Denk aan Chemelot in Limburg en de industrie rond Rotterdam. De infrastructuur daarachter, bijvoorbeeld de olie en gasnetwerken die er al liggen, kunnen worden omgebouwd tot een groen systeem. Europa heeft daarom een goede startpositie in dit scenario.’
Van Hoof: ‘Als we het hoge bewustzijn rond de energietransitie en het belang daarvan voor mens en planeet kunnen vasthouden en daarbij hulp krijgen van de overheid en bedrijven, dan hebben we uiteindelijk niet alleen een groener systeem, maar ook een gezond economisch verhaal.’ Velthuijsen: ‘En als het ergens kan, is het in Noordwest-Europa.’
Jan Willem Velthuijsen
Energy Transition Economist, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)62 248 32 93
Global Leader, P&U and EU&R, Partner, PwC Netherlands
Tel: +31 (0)65 160 91 78