EU sustainable finance-taxonomie nu van kracht voor bedrijven uit alle sectoren

05/08/20

EU-actieplan voor de financiering van duurzame groei

De EU sustainable finance-taxonomie is nadrukkelijk voor alle bedrijven van toepassing. Niet alleen de financiële sector moet toelichten in hoeverre investeringen ‘groen’ zijn, ook bedrijven uit andere sectoren zullen dit soort informatie moeten toelichten. Dit betekent dat alle bedrijven die onder het besluit niet-financiële informatie vallen, omzet en (kapitaal)uitgaven moeten classificeren als deze als duurzaam ecologisch kunnen worden aangemerkt. Dit vraagt om een inspanning, maar biedt ook kansen en voordelen op kapitaalmarkten. PwC’s sustainable finance-specialisten Joukje Janssen en Marcus Looijenga gaan in op de achtergrond en consequentie(s) van deze regelgeving.

Uitgangspunten regelgeving

Janssen en Looijenga benadrukken dat de onlangs aangenomen regelgeving op het gebied van het EU-actieplan voor de financiering van duurzame groei het belang van de transitie naar die duurzame groei ondersteunt, inclusief de financiering ervan.

De recent aangenomen regelgeving heeft de volgende uitgangspunten:

  • versterken van het fundament voor duurzame investeringen;
  • focus op langetermijnontwikkeling;
  • kansen voor financiële instellingen en corporates om een positieve impact te hebben;
  • noodzakelijke versterkende transitierol van de financiële sector.

Janssen: ‘Het is de bedoeling van de Europese Commissie (EC) dat de financiële sector sturing geeft aan duurzame groei in alle sectoren door investeringen die zij doen.’

Opkomende regelgeving geeft structuur

‘De EC ziet de noodzaak om een versnelling van duurzame groei te ondersteunen door middel van regelgeving’, zegt Looijenga. ‘In 2018 is hiervoor het EU-actieplan voor de financiering van duurzame groei aangenomen.’

 

Dit EU-actieplan bevat drie belangrijke doelstellingen:

  • her-allocatie van kapitaal naar meer duurzame financieringen;
  • risicomanagement dat in de gehele procedure rekening houdt met ESG-criteria;
  • rapporteren en extern verantwoording afleggen over duurzame financieringen.

Deze doelstellingen zijn vertaald in meerdere acties die hier verder vorm aan geven. De belangrijkste twee raken bedrijven uit alle sectoren die op dit moment al aan het besluit niet-financiële informatie moeten voldoen (EU Non-financial Reporting Directive 2014/95, hierna: NFRD):

  • Taxonomieverordening: het opzetten van een EU-classificatiesysteem voor duurzaamheidsactiviteiten
  • Transparantieverordening: het openbaarmaken van duurzaamheidsrisico’s en informatievereisten

Door artikel 8 van de ‘verordening betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen’ (2019/2088), die sinds 12 juli 2020 van kracht is, moeten ondernemingen die onderworpen zijn aan de NFRD met ingang van 2022 specifieke toelichtingen maken ten aanzien van deze doelstellingen. Dit geldt voor alle Organisaties van Openbaar Belang (OOBs) met meer dan vijfhonderd medewerkers.

Specifieke toelichtingsvereisten vragen om voorbereiding

Deze regelgeving betekent dat een organisatie inzicht moet geven in de volgende aspecten:

  1. Een onderneming neemt in haar niet-financiële verklaring informatie op over hoe en in welke mate de activiteiten van de onderneming verband houden met economische activiteiten die als ecologisch duurzaam kunnen worden aangemerkt. 
  2. Niet-financiële ondernemingen verschaffen met name de volgende informatie:
  • het aandeel van hun omzet uit producten of diensten die verband houden met economische activiteiten die als ecologisch duurzaam kunnen worden aangemerkt, en
  • het aandeel van hun kapitaaluitgaven, en het aandeel van hun operationele uitgaven, in verband met activa of processen die verband houden met economische activiteiten die als ecologisch duurzaam kunnen worden aangemerkt.

Om te bepalen welke activiteiten als ‘ecologisch duurzaam’ worden gezien, wordt de eerdergenoemde taxonomie toegepast. De toepassing van de taxonomie voor bedrijven die niet vallen binnen de financiële sector, komt in de basis neer op het oormerken van activiteiten die volgens de taxonomie bijdragen aan de volgende milieudoelstellingen: 

  • mitigatie van klimaatverandering (per 1 januari 2022);
  • adaptatie aan klimaatverandering (per 1 januari 2022);
  • duurzaam gebruik en de bescherming van water en mariene hulpbronnen (per 1 januari 2023);
  • transitie naar een circulaire economie (per 1 januari 2023);
  • preventie en bestrijding van verontreiniging (per 1 januari 2023);
  • bescherming en het herstel van de biodiversiteit en ecosystemen (per 1 januari 2023).

Op dit moment werkt de EU aan de manier waarop inhoud en presentatie eruit moeten komen te zien, met inbegrip van de methodiek die moet worden gehanteerd. Dit wordt uitgewerkt in een gedelegeerde handeling die uiterlijk op 1 juni 2021 vastgesteld wordt.

Looijenga: 'Bedrijven kunnen zich nu al voorbereiden door het classificeren van activiteiten die in het kader van de twee eerstgenoemde milieudoelstellingen als ecologisch duurzaam kunnen worden aangemerkt. Ik heb het dan over de mitigatie van, en de adaptie aan klimaatverandering.'

Activiteiten aanmerken als ecologisch duurzaam vraagt expertise en biedt kansen

Een economische activiteit kan worden aangemerkt als ecologisch duurzaam als die economische activiteit:

  • substantieel bijdraagt aan een of meer van de milieudoelstellingen;
  • geen ernstige afbreuk doet aan de milieudoelstellingen (zie deze hieronder);
  • wordt verricht met inachtneming van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen, de leidende beginselen van de VN inzake bedrijfsleven en mensenrechten, met inbegrip van de principes en rechten die worden beschreven in de acht fundamentele verdragen die in de verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) betreffende de fundamentele principes en rechten op het werk worden genoemd en in het Internationaal Statuut van de Rechten van de Mens;
  • voldoet aan de technische screeningcriteria die door de EC zijn vastgesteld.

Voor dit laatste onderdeel moet de taxonomie gebruikt worden. Deze bijna 600 pagina’s tellende rapportage beschrijft wat als ecologisch duurzaam mag worden aangemerkt. Dit vraagt om een inspanning en de nodige expertise.

 

Janssen: ‘Ondanks die gevraagde inspanning en expertise kunnen bedrijven tegelijkertijd ook profiteren van deze regeling. De kapitaalmarkten zoeken naar deze ‘groene’ investeringen om te laten zien dat investeringsportefeuilles voldoen aan de duurzame ontwikkeling die de EC van hen vraagt.’ ‘Het brede maatschappelijke draagvlak ondersteunt dit’, vult Looijenga aan. ‘Bedrijven kunnen door de juiste toepassing van de taxonomie financieringskosten reduceren en nieuwe investeerders aantrekken die de lange termijn voor ogen hebben.’

Kom in actie

De ‘verordening betreffende de totstandbrenging van een kader ter bevordering van duurzame beleggingen’ (2019/2088) is niet het sluitstuk van het EU-actieplan voor de financiering van duurzame groei. Looijenga: ‘Meer regelgeving zal volgen. Zo is de verwachting dat de NFRD wordt uitgebreid in onderwerpen, in scope van bedrijven die hieraan moeten voldoen, en in de vereiste voor assurance op de niet-financiële informatie.

Janssen: ‘Bedrijven die tijdig en duidelijk hun omzet en (kapitaal)uitgaven kunnen aanmerken als duurzaam ecologisch, zullen het beste voorbereid zijn op verdere wetgeving. En zij zullen als eerste de kansen en voordelen op de kapitaalmarkt kunnen grijpen. Tijd dus om in actie te komen!’

Contact

Joukje Janssen

Joukje Janssen

Partner, Sustainability, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 378 26 45

Marcus Looijenga

Marcus Looijenga

Partner Assurance, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)61 220 67 71

Lex Huis in het Veld

Lex Huis in het Veld

Director, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)65 771 01 75

Volg ons