Dilemma’s in de accountancy

Accountants komen er al aan het begin van hun carrière achter dat de praktijk niet altijd zo duidelijk is als ze tijdens hun opleiding hebben geleerd. Welke dilemma’s kunnen accountants tegenkomen en hoe gaan ze daarmee om?

Veel startende accountants verbazen zich er in hun werk over hoe complexer de werkelijkheid van de accountantscontrole is dan ze tijdens hun studie leerden. Zo merken ze dat de Nadere voorschriften controle- en overige standaarden (NV COS, voor velen de ‘accountantsbijbel’) die ze er jarenlang in stampten, lang niet altijd eenduidig zijn en niet altijd antwoord geven op de vragen waar ze tegenaan lopen. Wet- en regelgeving moeten worden geïnterpreteerd in de veranderlijke context van de gecontroleerde organisatie, de maatschappij, en in het publiek belang. Dat die context en het publiek belang constant in beweging zijn, maakt het soms lastig voor accountants om zich een oordeel te vormen; zo ontstaan er accountantsdilemma's.

In dit artikel worden enkele accountantsdilemma's toegelicht die kunnen ontstaan bij het duiden van het publiek belang in nieuwe en bestaande wetgeving. Met het publiek belang worden zaken bedoeld die niet in de eerste plaats of alleen gaan om winstgevendheid, maar over de belangen van alle stakeholders. Dilemma's zijn gedwongen keuzes tussen even onaantrekkelijke alternatieven. Anders dan soms het geval lijkt, zijn die keuzes niet zwart-wit. Daarom volgt hier ook meteen de eerste disclaimer: er bestaat geen pasklare oplossing voor hoe een accountant met dilemma’s moet omgaan. Dat dilemma’s een grote rol spelen in het werk van controlerend accountants is niet altijd zichtbaar voor buitenstaanders en zelfs niet altijd voor de te controleren organisaties. En dat terwijl accountants tijdens de controle zich tot veel verschillende belangen verhouden. Zij verhouden zich immers tot de eigen accountantsorganisatie, de gecontroleerde organisatie, de maatschappij en hun eigen morele kompas. Hoe weeg je als accountant het publiek belang af tegen al deze onderliggende belangen?

De Griekse filosoof Aristoteles omschreef tussen 384-322 v.Chr. het onderscheid tussen ‘nomos’, de geschreven wetten, en ‘dike’ de ongeschreven, gevoelde regels van wat men rechtvaardig acht. Wet- en regelgeving vormt een systeem van gestolde normen en waarden. Dat maakt dat dike, ons rechtvaardigheidsgevoel, altijd voorloopt op het geschreven recht. Het strikt interpreteren van wet- en regelgeving kan daarom voor het gevoel onrechtvaardige gevolgen hebben. Achteraf vraagt men zich af waarom er niemand aan de bel trok. Waar waren de tegenspraak en de professioneel-kritische houding van de accountant? En wat te doen als het naar de letter van de wet wel klopt, maar voor het gevoel niet deugt? 

Nieuwe vragen

Van de accountant wordt verwacht dat er een onafhankelijk oordeel wordt geveld over de duurzaamheidsprestaties en rapportages. De basis wordt gevormd door de controlestandaarden en de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA, oftewel de fundamentele beginselen professionaliteit, integriteit, objectiviteit, vakbekwaamheid en zorgvuldigheid, en vertrouwelijkheid). Er wordt eerst nagegaan of de organisatie alle materiële ESG-risico’s in kaart heeft gebracht. In het voorbeeld van de fabrikant van elektrische auto’s zou verwacht kunnen worden dat de negatieve impact op het milieu en de arbeidsomstandigheden bij de winning van grondstoffen aan bod moeten komen. Maar wanneer is dit voldoende toegelicht? Er wordt ook verwacht dat de organisatie toelicht wat zij zal doen om haar negatieve impact te verlagen. En hoort die toelichting dan ook tot het domein waar de accountant een oordeel over geeft? En wanneer is dat naar de mening van de accountant voldoende toegelicht?

Gecontroleerde organisaties kunnen er wel eens raar van opkijken als een accountant komt aanzetten met deze nieuwe vragen. Voor het navigeren in dit onbekende gebied van de duurzaamheidsverslaggeving zullen deze gesprekken gemeengoed moeten worden. Door het stellen van deze vragen en het vastleggen van de gesprekken met de organisatie over de duurzaamheidsprestaties en -ambities, kan de accountant in lijn met de fundamentele beginselen handelen. 

Sanctiewetgeving en het publiek belang

In reactie op de inval van de Russische overheid in Oekraïne hebben meerdere landen, in bijzonder de VS en Europa, sancties afgekondigd tegen Rusland. Voor organisaties die op de EU-sanctielijst staan, spelen er geen dilemma’s – de controlerend accountant legt meteen zijn werk neer. Maar sancties brengen ook zeker dilemma's met zich mee. Hoe om te gaan met organisaties die zelf niet gesanctioneerd zijn, maar wel gesanctioneerde eigenaren en/of overige banden hebben met Rusland? De tekenend accountant kan hier mogelijk een persoonlijk dilemma ervaren doordat via de controle er wordt bijgedragen aan zaken die juridisch wel kloppen, maar wellicht in de huidige maatschappelijke moraal niet worden geaccepteerd. Uiteindelijk moeten er verschillende belangen worden afgewogen om te bepalen of het in het publiek belang is om te stoppen of door te gaan met het controleren van dergelijke klanten met een Russische connectie. Denk aan het belang van betrouwbare informatie over die organisaties voor publieke aandeelhouders, leveranciers, journalisten en de politiek. Door de jarenlange verstrengeling van financiële belangen met Rusland is het niet altijd duidelijk welke beslissing uiteindelijk in het publiek belang is. Stoppen met de controle van een klant betekent immers ook dat er geen inzicht en transparantie meer verleend kan worden over het reilen en zeilen van die organisaties. En dat gaat niet alleen over superjachten, maar meestal over essentiële levensbehoeften, zoals bijvoorbeeld gas en graan.

Wat doet een accountant bij een dergelijk grijs gebied? Vanuit een professioneel-kritische houding worden allereerst alle stakeholders en hun belangen in kaart gebracht. Dit zijn alle belanghebbenden, personen en organisaties die invloed kunnen uitoefenen op de organisatie. Dit is altijd een kwestie van maatwerk, dus is het belangrijk om hulp in te schakelen van collega-vakspecialisten en een open gesprek aan te gaan. Zijn er sancties van toepassing op de organisatie, of op de eigenaren? En zijn dit sancties die bindend zijn voor de accountantsorganisatie? In dit laatste geval moet de dienstverlening worden gestaakt. Maar wat nu als het niet zo duidelijk is en er sprake is van grijze gebieden? Aan elke beslissing kunnen dan voor- en nadelen kleven. Om te borgen dat er zorgvuldige besluitvorming plaatsvindt, is het dan vooral van belang dat een accountant zijn beslissing niet alleen neemt. Door mensen met verschillende achtergronden en expertises te betrekken en alle belangen gezamenlijk af te wegen om tot een besluit te komen, neemt op zijn minst het risico af dat relevante overwegingen niet worden meegenomen in de besluitvorming. Iedereen geeft vanuit het eigen specialisme antwoord op de vraag wat een goede beslissing is. Dat klinkt misschien eenvoudig, maar de realiteit is dat de verschillende belangen zich niet makkelijk laten verenigen. Om al die verschillende perspectieven op tafel te krijgen is het belangrijk dat er sprake is van psychologische veiligheid, ongeacht verschillen in hiërarchische posities, gender, ervaring en andere relevante verschillen in de groep. Iedereen moet zich veilig genoeg voelen om zich uit te spreken. Op die manier kan er een weloverwogen en inclusieve beslissing worden genomen. 

Wat als het wel klopt maar het niet goed voelt?

Bij een juiste toepassing van de wet- en regelgeving kunnen er gevallen zijn waar het resultaat voor de accountant niet goed voelt. Een voorbeeld: wat is de rol van de controlerend accountant als de contoleklant volgens het toetsingskader recht heeft op NOW-subsidie, maar dit toch niet goed voelt? De NOW-regeling is bedoeld om ontslag van personeel te voorkomen bij organisaties die door buitengewone omstandigheden grote omzetdaling kennen. De minister heeft aangeven dat iedereen met een omzetdaling van 20% of meer recht heeft op NOW-subsidie. Maar de minister heeft ook een moreel appel gedaan op organisaties om geen subsidie aan te vragen als het geld niet nodig is, bijvoorbeeld omdat de negatieve impact van covid op de omzet opgevangen kan worden door reserves. Wat is de rol van de accountant als niet volgens dit moreel appel wordt gehandeld? 

De accountant moet toetsen aan de norm, in dit geval de NOW-regeling. De accountant controleert langs de lijnen van het controleprotocol dat is uitgegeven door de wetgever en de controlestandaard uitgegeven door de Nederlandse Beroepsorganisatie voor Accountants. De ‘naleving’ van het moreel appel maakt geen onderdeel uit van het normen- en toetsingskader van de accountant. Er moet alleen ‘hard’ gecontroleerd worden of aan de 20% omzetdaling wordt voldaan. Zo kan het dus voorkomen dat er NOW-subsidie is aangevraagd en waarschijnlijk ook zal worden toegekend, maar het de vraag is of de organisatie die ook wel echt nodig heeft. Werkgevers stonden in crisismodus en wilden niet het risico lopen om geen subsidie aan te vragen. Niemand wist wat er komen ging. De subsidie werd dan ook vaak naar eer en geweten aangevraagd. Echter, de vraag kan worden gesteld of dit achteraf gezien nog wel passend is. In deze situatie is een rol weggelegd voor de accountant om het gesprek met de organisatie aan te gaan. Door de keuzes via verschillende lenzen te bekijken en te bespreken, zijn er organisaties die hun NOW-subsidie hebben teruggestort. Andere organisaties behouden de subsidie met een diversiteit aan redenen.

De accountant zal moeten nagaan in hoeverre dit valide redenen zijn, of dat ethische grenzen worden overschreden. Als deze grenzen voor een accountant worden overschreden, kan gekozen worden om de controle niet aan te nemen. Maar als de opdracht tot controle van de NOW al is aangegaan, dan wordt het wel lastig om op basis van ethische redenen de opdracht halverwege terug te geven. De wetgever heeft accountants namelijk expliciet opdracht gegeven niet te toetsen op dit morele vraagstuk. Wel kan dit een signaal voor de accountant zijn om de verdere relatie met de organisatie te heroverwegen.

Er is ook een risico dat er achteraf, bij goedkeurende verklaringen bij de NOW-subsidie, maatschappelijke verontwaardiging kan ontstaan over het handelen van de accountant die niet heeft geluisterd naar zijn moreel kompas. In hoeverre is het eerlijk en/of logisch dat een individuele accountant of accountantsorganisatie zelf nog iets toevoegt aan het normenkader dat de overheid heeft voorgeschreven? Als de wetgever vindt dat dit moet gebeuren, dan lijkt het logisch dat dit onderdeel is van de norm. Dan is het vooraf, bijvoorbeeld voordat de NOW-subsidie wordt aangevraagd, ook duidelijk wat de bedoeling is en dat draagt bij aan de rechtszekerheid van organisaties en accountants

Conclusie: leren navigeren is leren waarderen

Bij dilemma’s drukken accountants elkaar op het hart dat het beter is om een boze klant te hebben dan een boze maatschappij. Laat een dilemma nooit jouw eigen probleem blijven en durf erover in gesprek te gaan. In een dilemma kan het nodig zijn om voor een onaantrekkelijk alternatief te kiezen, wellicht omdat het andere alternatief nog veel minder aantrekkelijk is. Blijf jezelf daarom afvragen, kan ik mezelf nog in de spiegel aankijken als ik deze keuze maak? Omgaan met accountantsdilemma's vraagt om het creëren van bewustzijn van de belangen die worden vertegenwoordigd. Doordat belangen steeds meer verstrengeld raken als gevolg van complexere bedrijfsstructuren en wetgeving, zal de accountant meer en meer dilemma’s in zijn werk ervaren. Als beroepsgroep en als maatschappij zitten we in een transitie waarin duurzame en sociale beleidsprestaties even belangrijke en waardevolle vormen van winst zijn. Het vraagt moed van de accountant om met een activistische houding het publiek belang te dienen. Uiteraard is dat niet alleen een taak voor de accountantspraktijk, maar van het brede financiële systeem. Accountants en de samenleving moeten samen het gesprek aangaan en zich afvragen waarom bepaalde constructen wel kloppen maar niet deugen. En daar vervolgens ook naar handelen. Op die manier wordt de kloof tussen theorie en praktijk gedicht, en wordt bijgedragen aan het herstellen van het vertrouwen. 

Contact us

Victor Valckx

Director, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)88 792 39 25

Charlie Groen

Senior Associate, PwC Netherlands

Tel: +31 (0)63 419 66 67

Volg ons