Boeien!? Bij een live online training moet het echt anders

Anouk Bijleveld Senior Manager, PwC Netherlands 02/02/21

Hoe zet je een goede online training neer?

Dichte camera’s. Geen reactie op je vraag. Oncomfortabele stilte na je grapje… Live online training geven is minder eenvoudig dan je wellicht dacht. Het moet namelijk écht anders, en dat vraagt voorbereiding en wat creativiteit. In ons vorige blog las je alles over de goede voorbereiding. Deze keer vijf tips voor het faciliteren van een succesvolle live online training, waarbij je deelnemers actief meedoen, samen leren en jij niet in je eentje de kar trekt.

Door Anouk Bijleveld - Learning strategy advisor PwC's Academy

Bekijk ook

Tip 1: Werk met structuur en maak afspraken

We willen graag weten wat ons te wachten staat. Dat is niet anders voor een live online training. Maak daar ruimte voor aan de start van je programma. Bespreek duidelijk het programma: de onderwerpen, doelstellingen & werkvormen. Vraag deelnemers ook naar hun verwachtingen en leerdoelstellingen (doe dat bij voorkeur op een interactieve manier). Je kan hier als trainer onmiddellijk op inspelen, ook als je weet dat bepaalde onderwerpen niet aan bod zullen komen in de sessie.

Ten tweede, bepaal als groep (en daar ben je als trainer ook onderdeel van) wat nodig is voor een succesvolle sessie. Bijvoorbeeld: we houden ons wel/niet aan de start- en eindtijden, er wordt wel/niet een ‘recording’ gemaakt, vragen worden wel/niet tussendoor gesteld, mensen kunnen wel/niet tussentijds andere belletjes doen, we vinden het wel/niet belangrijk om de camera aan te hebben, etc.

Tip 2: Interactie en pauzes zijn een must

Waar je tijdens klassikale trainingen eenvoudig meerdere interactieve momenten creëert, is dit tijdens een live online sessie een heel ander verhaal. Het gebrek aan lichaamstaal en oogcontact spelen hierbij een grote rol. Interactie tijdens een online training is een uitdaging maar echt een must om deelnemers betrokken en gemotiveerd te houden. Bouw daarom iedere 5 à 10 minuten interactie in. Dat kan iets kleins zijn als een stelling of vraag, maar ook een poll of energizer. Of een nog iets uitgebreidere interactieve oefening zoals een rollenspel of een casus.

Zorg ook dat je voldoende pauzes inbouwt. Elk uur ten minste 5 minuten pauze zodat deelnemers even weg kunnen achter hun scherm. Neem alle momenten van interactie op in je programma en slides, door bijvoorbeeld een tussenpagina met foto, stelling of vraag toe te voegen. Een perfecte manier om een informatief onderdeel af te sluiten is de poll waarmee de gedeelde informatie kan worden getoetst.

Tip 3: Werk met break-out rooms

Met break-out rooms in je programma zorg je voor een goede afwisseling en zet je deelnemers in kleinere groepen aan het werk. Zo zijn deelnemers actief betrokken bij de training en leggen ze eenvoudig contact met andere deelnemers. Communiceer vooraf het doel van de break-out en wat je van de deelnemers verwacht. Geef ook hier weer aan hoe laat je deelnemers in de plenaire sessie terug verwacht en leg ook uit hoe zij weer terug kunnen komen. Je kunt break-out rooms op meerdere plekken in je programma opnemen. Dit kan al aan het begin van je training als kennismaking, of tegen het einde om bijvoorbeeld kennis te toetsen.

Sommige tools hebben de mogelijkheid om deelnemers automatisch naar break-out rooms te sturen en weer terug naar de plenaire sessie als de tijd om is. Dit voorkomt tijdverlies en 'zoekgeraakte' deelnemers!

Tip 4: Zet energizers in

Energizers zijn in een online training echt een aanrader! We zitten tegenwoordig een groot deel van onze tijd in een virtuele, online omgeving. De dag lijkt soms een aaneenschakeling van ‘virtual meetings’. Voor je training wil je juist frisse, gemotiveerde mensen. Dus, om de energie en het plezier erin te houden kan je werken met energizers. Dat kan aan de start van je programma: een interactieve energizer om mensen (beter) te leren kennen. Of na de lunch: een fysieke opdracht om het bloed weer te laten stromen. Of in je achterzak voor als je gapende hoofden ziet: een ludieke opdracht voor wat fun en energie. Er zijn ontzettend veel mogelijkheden die je eenvoudig kunt inzetten en over het algemeen zijn ze goed te koppelen aan het onderwerp van de training of aan de organisatie. Wees creatief!

Tip 5: Zorg dat je zélf boeiend bent

Je kunt nog zoveel interactie, structuur of energizers erin gooien, als je zelf als trainer te saai overkomt, gaat het alsnog niet werken. Dus: werk aan je entertainment skills! Om publiek te boeien, werk je ook met je houding, je stem, oogcontact. Heel praktisch: speel als een verhalenverteller met je stemgebruik, door variatie in intonatie, snelheid en volume, en breng adempauzes aan. Kijk volop in je camera in plaats van naar jezelf of de deelnemers op je scherm. Lach en kijk vriendelijk. Dit alles voelt achter een scherm een beetje gek. Tip: beeld je in dat je met je deelnemers in een kleine, saaie ruimte zit, waar je een geanimeerd gesprek probeert aan te zwengelen… succes!