Na de val van het kabinet deed een brede coalitie van natuur-, landbouw- en ondernemersorganisaties, vakbonden en energiebedrijven een oproep aan de politiek om klimaatbeleid te blijven voeren. De organisaties willen voorkomen dat het beleid stil komt te staan vanwege de demissionaire status van het kabinet en de mogelijkheid van het controversieel verklaren van onderwerpen.
Deze oproep steunen wij: overheid, burgers en bedrijven hebben behoefte aan een helder duurzaamheidsbeleid voor de korte, midden- en lange termijn. Verduurzaming van bijvoorbeeld het energiesysteem, inclusief het volle stroomnetwerk, vereist een voortvarende aanpak. Wij roepen bedrijven op om ook zelf voortvarend door te blijven gaan met hun eigen duurzaamheidsplannen.
In een recent rapport zijn we op basis van interviews met bedrijven uit de hele waardeketen van de agrifoodsector op zoek gegaan naar inspirerende voorbeelden over verduurzaming van die bedrijven. Uit die gesprekken kwam naar voren dat bedrijven graag stappen willen zetten en ook acties ondernemen. Maar ze hebben wel inzicht nodig om hun rol in de keten duidelijk te krijgen en doelen te kunnen stellen om de negatieve impact te verminderen en hun positieve impact te vergroten.
Dit geldt ook voor het inrichten van processen en een governance die de duurzaamheidsstrategie ondersteunt. Dit is voor velen echter een relatief nieuw terrein; er bestaat nog geen handboek of gids met enkele beproefde acties die iedereen met succes kan uitvoeren. En dus gaat het met vallen en opstaan, met uitproberen, met experimenteren.
Je kunt zeggen dat bedrijven bezig zijn hun eerste puzzelstukjes te leggen om dit inzicht te krijgen. Dit stelt hen vervolgens in staat deze aan te sluiten bij de puzzelstukjes van hun toeleveranciers en klanten om tot een duurzame keten te komen. CSRD is absoluut niet de enige, maar wel een belangrijke ‘driver’. Rapporteren is daarbij geen doel op zich, maar moet helpen de inzichten te verschaffen die nodig zijn om te weten waar het beter moet en kan in hun eigen organisatie en in hun rol in de keten. Kortom: de overheid heeft een tijdje voorop gefietst, nu moeten bedrijven de kop overnemen om die duurzaamheidspuzzel te leggen.
Bedrijven raken steeds meer doordrongen van het belang van duurzaamheid en de existentiële risico’s die daarmee samenhangen. Het heeft echter lang geduurd voor dat besef er echt was. In de praktijk hebben wij veel ‘afwachten’ gezien, afwachten in de eigen organisatie, afwachten wat andere bedrijven binnen de sector doen, afwachten wat de overheid doet. Het is gemakkelijk om niet te bewegen, omdat anderen dat ook niet doen en dus af te wachten. Dat kan een verlammend effect hebben. Het is doodzonde als bedrijven nu weer wachten op een nieuw kabinet om verdere stappen te zetten. Juist omdat ze gewoon door kunnen gaan op de ingeslagen weg.
Daar hebben ze zelf bovendien alle belang bij. Uit de interviews die wij hebben gehouden in de agrifoodsector blijkt dat alle organisaties de transitie naar duurzame businessmodellen zien als een manier om weerbaar te zijn in de toekomst of zelfs om bestaansrecht te behouden. Volgens de Nederlandse Corporate Governance Code is het bestuur van een onderneming verantwoordelijk voor de continuïteit en de duurzame waardecreatie van een onderneming. Deze waardecreatie is belangrijk voor de aandeelhouders en andere stakeholders, maar wellicht nog méér voor de volgende generaties en hun voedselvoorziening. Des te meer reden om flink door te trappen.
De nieuwe EU-richtlijn, Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), wordt over boekjaar 2024 van kracht voor de grootste, beursgenoteerde bedrijven...
Wereldwijd staat de biodiversiteit onder druk. De implicaties zijn groot en wet- en regelgeving neemt toe. Hoe kom je als bedrijf tot positieve impact?
Zorgen voor meer vertrouwen in voedingsmiddelen – dat is een van de meest complexe opgaven waar het bedrijfsleven en de maatschappij momenteel voor staan.